Tarwe

Van alle granen wordt tarwe het meest verbouwd, vooral in de gematigde streken. In Nederland kan tarwe goed groeien maar we kunnen lang niet in onze dagelijkse behoefte voorzien. Zodoende moet het worden ingevoerd. Vooral uit Canada en de Verenigde Staten komt veel tarwe. Van belang is om te weten dat tarwe niet meer is wat het zo’n 50 jaar geleden was. In West-Europa is tarwe het populairste graangewas.

Zemelen
Een tarwekorrel wordt omgeven door enkele vliezen, de zemelen. Deze vliezen worden vaak uit het meel verwijderd (evenals de kiemen), zodat we witmeel krijgen. De zemelen worden gebruikt voor voeding van het vee en de laatste tijd, nu er een zemelenrage heerst, zijn ze een gezondsheidsproduct geworden dat extra duur betaald wordt. Ze hebben de eigenschap dat ze de darmen stimuleren en daardoor de stoelgang bevorderen. Bovendien geven ze “massa” aan de ontlasting. Men kan beter gewoon volkorenbrood eten, compleet met kiem en zemel.

Kiem
Ook de kiem is van belang omdat hierin de goede stoffen voorkomen, zoals diverse vitamines van de B-groep, vitamine E en mineralen. De kiem zorgt ervoor dat het meel bederft (het wordt ‘ranzig’). Het verwijderen van de kiem zorgt ervoor dat het meel langer bewaard kan blijven. Vroeger haalde de bakker het meel dagelijks bij de molenaar. Toen was er dus geen noodzaak om de kiem te verwijderen, maar nu moet het meel langer vers blijven. Een oplossing is om meel zelf te malen en zelf het brood te bakken.

Veredeling
Sinds tarwe het populairste graangewas in Europa is, is steeds meer onderzoek gedaan en wordt er nog steeds onderzoek gedaan naar de verbouw van tarwe. Veredelaars zijn aan het werk gegaan en de tarwe is gemodificeerd zodat ze sneller groeit én meer én grotere korrels geeft. Voor het landbouwbedrijf heeft dat als voordeel dat een graansoort immuun kan worden gemaakt tegen een bepaalde ziekte.

Minder voedingsstoffen
Maar zo gaat het niet altijd in de praktijk. Een graansoort wordt juist door genetische manipulatie afhankelijk gemaakt van een bepaald groeimiddel zodat de fabrikant meer omzet heeft. De boer moet immers een speciaal groeimiddel kopen als hij het genetisch gemanipuleerd graan wil laten groeien. Er wordt hierbij weinig tot niet nagedacht over de gezondheidsrisico’s bij de mens. De experimenten worden in de meeste gevallen door de fabrikanten zelf uitgevoerd en niet door onafhankelijke onderzoekers.

Deze ontwikkeling heeft als gevolg dat de rassen tarwe die momenteel in o.a. Nederland geteeld worden, aanzienlijk minder voedingsstoffen bevatten dan de oudere rassen. En wie zal het zeggen, maar misschien is dat ook wel een van de redenen dat er een sterke toename is van glutenallergie en gluten-intolerantie. Met een modern tarwebrood krijg je dus aanzienlijk minder bouwstoffen binnen dan zo’n 50 jaar geleden.

Borstkanker
Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat vrouwen die veel brood, aardappels en wortel- en knolgewassen eten, hun kans van 21 naar 27 procent verhogen op het ontstaan van borstkanker. Dit komt door het cadmium in de grond waarop de groenten worden verbouwd en bewerkt met kunstmest. Groenten en graanproducten, aardappels en wortel- en knolgewassen (vooral rapen en pastinaken) zijn de grootste boosdoeners. Zij bevatten het hoogste gehalte cadmium.
Het zware metaal cadmium verstoort de hormoonhuishouding door de oestrogeenwerking na te doen, zo werd vastgesteld op de conferentie van de American Society for Biochemistry and Molecular Biology van 2012. Oestrogeen reguleert de groei van gezonde borstklieren.

Kiest u ervoor om aan uw dagelijks dieet tarwe toe te voegen, dan raadt MMV aan om voor biologische volkoren tarweproducten te kiezen.

Latijnse naam: 
Triticum

Wanneer te verkrijgen: 
Het gehele jaar.

Vitamines en mineralen:

Bevat ook koper en zink.

Literatuur:

• Alvarez P, Alvarado C, Puerto M, Schlumberger A, Jimenez L, De la Fuente M. Improvement of leukocyte functions in prematurely aging mice after five weeks of diet supplementation with polyphenol-rich cereals. Nutrition. 2006 Jun 27; [Epub ahead of print] . 2006. PMID:16809023.
• Suzuki R, Rylander-Rudqvist T, Ye W, et al. Dietary fiber intake and risk of postmenopausal breast cancer defined by estrogen and progesterone receptor status–a prospective cohort study among Swedish women. Int J Cancer. 2008 Jan 15;122(2):403-12. 2008. PMID:17764112.