![Nanoplastics en (landbouw)gif, 1 + 1 = 3 3 Nanoplastics en (landbouw)gif, 1 + 1 = 3 3](https://www.mmv.nl/wp-content/uploads/Plastic-plant-14830555469_f0552d7118_o.jpg)
Minuscule plasticdeeltjes veroveren de wereld. Ze worden overal op aarde aangetroffen. Van de hoogste bergtop tot in de hersenen van mensen. Over de effecten op de gezondheid is nog weinig bekend. Dat het leven er een uitdaging bij heeft, staat echter vast. Nieuw onderzoek laat zien dat de aanwezigheid van nanoplastics de opname van gifstoffen in levende cellen bevordert.
Als plastic afval niet meer zichtbaar is in de natuur, beginnen de problemen pas echt. Plastic verteert niet maar valt uiteen in steeds kleinere deeltjes. Zo klein dat water en wind ze meevoeren en ze tot in de haarvaten van de ecosystemen doordringen. Letterlijk. Drie jaar geleden berichtte MMV over onderzoek dat vier soorten polymeren – meest bestanddelen van PET-flessen – aantrof in het bloed van zeventien van 22 willekeurig geselecteerde gezonde Nederlanders. En vorig jaar zorgde Amerikaans onderzoek voor beroering. In PET-flessen gebotteld water bevatte per liter honderdduizenden plasticdeeltjes, waarvan negentig procent van nano formaat.
Dat was drie keer meer dan waar eerdere onderzoeken op uitkwamen. Wat in de eerste plaats te danken is aan almaar geavanceerder meettechnieken. Een nanometer is ontstellend klein, een duizendste van een micrometer. Om in de buurt van zichtbare verhoudingen te komen: een micrometer is een duizendste van een millimeter. Iets dat zo klein is, wordt alleen maar gevaarlijker. Denk maar aan virussen; die zijn tussen 20 en 300 nanometer in doorsnee. Nieuw onderzoek door onderzoekers van de Rutgers University (New Jersy, VS) laat nu een verontrustende eigenschap van nanoplastics zien.
Rucola
In de aanwezigheid van nanoplastics nemen planten meer gifstoffen op. En omgekeerd nemen planten in de aanwezigheid van gifstoffen meer nanoplastics op. Dat wil zeggen, als de resultaten van hun experimenten algemeen geldig zijn. In vakblad NanoImpact publiceren de onderzoekers wat er gebeurt als raketsla wortelt in een omgeving met nanoplastics, arsenicum en het landbouwgif boscalid.
Ze testen diverse formaten nanoplastics – in dit geval stukjes van 20 tot 1000 nanometer polystyreen ‘piepschuim’ – op twee kweekmethoden. Samengevat waren de effecten groter naarmate plastic deeltjes kleiner waren. De grotere deeltjes kwamen niet verder dan de wortels, de kleinere deeltjes bereikten de bladeren. Daarnaast waren de effect in potgrond minder uitgesproken dan in water.
De opname van arsenicum door de plant was in de aanwezigheid van nanodeeltjes drie keer groter. (Over de opname van de fungicide boscalid meldt de samenvatting slechts dat ‘de dosering en de maat van de polystyreen een variabele impact had op de opname en verspreiding.) Omgekeerd wezen de metingen uit dat de aanwezigheid van milieuverontreiniging – in dit geval dus arsenicum en boscalid – de opname van nanoplastics uit potgrond vertienvoudigde.
Menselijke darmcellen
Ruwweg dezelfde resultaten gaf, toonden experimenten met menselijke darmcellen, dat de onderzoekers apart publiceerden in Microplastics journal. In de aanwezigheid van de nanoplastics namen deze vier keer meer arsenicum op. En met arsenicum in het ‘darmmodel’ verdubbelde de opname van plastic deeltjes. Dat gold zowel voor de deeltjes van 1000 nanometer (van 4,8 naar 8,5 procent) als voor de deeltjes van 25 nanometer (van 10,6 naar 19,5 procent). Gelukje bij een ongeluk was dat er geen veranderingen meetbaar waren bij de opname van het landbouwgif.
Sinds begin jaren vijftig van de vorige eeuw nam de productie van plastics exponentieel toe. De auteurs schetsen het probleem in metrische ton, ofwel eenheden van duizend kilo. In 1950 bedroeg de jaarlijkse productie 5 miljoen ton, in 2022 ruim 400 miljoen ton. Bijgevolg was er in 2015 6,3 miljard ton (6.300.000.000 ton) plastic afval geproduceerd. Een hoeveelheid die naar in verwachting in het jaar 2050 zal zijn verdubbeld.
Van de 44 miljoen ton plastic die in 2019 bij de Amerikaanse gemeentelijke vuilnisdiensten terecht kwam, werd slechts 5 procent gerecycled. Negen procent ging de verbrandingsoven in en de rest belandde op vuilnisbelten. Veel plastic komt nooit in een vuilniswagen terecht. Dat geldt voor arme landen, maar ook voor de rijke Europese landen. Naast zwerfafval en defragmenterend landbouwplastic belanden microplastics uit bijvoorbeeld synthetische kleding en cosmetica in het milieu.
Foto: een van de recycle-ideeën van Nguyen Tan Tin
MMV maakt wekelijks een selectie uit het nieuws over voeding en leefstijl in relatie tot kanker en andere medische condities.
Inschrijven nieuwsbrief