Colorectale tumoren met mutaties in het KRAS en BRAF-gen zijn moeilijker behandelbaar en hebben een slechtere prognose. Wetenschappers van Harvard gingen in twee grote bevolkingscohorten na of een hogere inname van vitamine C het overlijdensrisico verlaagt. Dat blijkt het geval te zijn.
KRAS is een gen dat codeert voor de productie van een eiwit dat betrokken bij de celdeling, celgroei (proliferatie) en de ontwikkeling tot een gespecialiseerde cel (differentiatie). Mutaties in dit gen spelen bij een aantal kankers vaak een rol: bij leukemie, alvleesklier-, colorectale en longkanker. Een kleine helft van alle colorectale (dikke darm en rectum) kankers zijn KRAS-gemuteerd.
BRAF is een gen dat de productie van eiwitten mogelijk maakt die bij de celdeling betrokken zijn. De prognose is bij een mutatie in dit gen aanzienlijk slechter. Daar staat tegenover dat het minder voorkomt. Naar schatting tien tot vijftien procent van de kankers zijn BRAF-gemuteerd. Een zelfde percentage van de darmkankers hebben deze mutatie. Een combinatietherapie die in Nederland veel aandacht kreeg, verlengt de overleving bij uitgezaaide darmkanker van vijf maanden naar acht tot negen maanden. Alle reden dus om vol in te zetten op alle beschikbare natuurlijke ondersteuning en het lijkt er sterk op dat een dieet rijk aan vitamine C daar toe behoort.
Uit twee bekende Amerikaanse bevolkingscohorten – de Nurses’ Health study en de Health Professionals Follow-up Study – vonden de onderzoekers bij een gemiddelde opvolgduur van twaalf jaar ruim tweeduizend deelnemers met darmkanker. Onder hen telden ze 703 gevallen waarvan informatie over de twee betreffende mutaties beschikbaar was. Analyse van hun dieetdata wees uit dat een hogere inname van vitamine C samenging met een lagere kans op overlijden.
In patiënten met de KRAS of de BRAF-mutatie daalde het risico om aan hun kanker te overlijden, per 400 milligram toename van de dagelijkse vitamine C-inname, met gemiddeld 26 procent. ‘Onze bevindingen ondersteunen het laboratoriumbewijs voor een potentieel voordeel van vitamine C voor darmkankerpatiënten met KRAS- of BRAF-gemuteerde tumoren’, schrijven de onderzoekers in de British Journal of Cancer.
Vitamine C en intermitterend vasten
Van hun artikel is alleen de samenvatting kosteloos beschikbaar. De literatuurlijst geeft echter wel een indruk van het ‘laboratoriumbewijs’ waar de samenvatting van spreekt. Bijvoorbeeld een proefdierstudie, waar MMV in 2020 over berichtte, die toonde hoe een combinatie van intermitterend vasten en intraveneuze toediening van vitamine C elkaar versterkten.
Voor dergelijke voedingsadviezen in de richtlijn colorectaal carcinoom terecht komen, zullen gerandomiseerde klinische studies de meerwaarde moeten aantonen. Op dit moment komt voeding en beweging daarin alleen aan bod in het kader van prehabilitatie(programma’s) Dat is het in conditie brengen van patiënten voorafgaand aan de operatie met het doel complicaties te verminderen en het herstel te bespoedigen. Voor relatief gezonde gezonde mensen achten de opstellers van de richtlijn dat nut niet aangetoond.
Vandaar dat het advies aan de doorsnee patiënt zeer algemeen van aard is: ‘Adviseer alle patiënten die in afwachting zijn van een colorectale resectie om te blijven bewegen, voldoende en gevarieerd te eten, en te stoppen met roken en vermindering van alcohol.’ Patiënten met een ‘verminderde voedingstoestand’ worden diëtist doorverwezen.
Foto: door Melanie Dompierre. Spruitjes bevatten zelfs nog meer vitamine C dan sinaasappel.
MMV maakt wekelijks een selectie uit het nieuws over voeding en leefstijl in relatie tot kanker en andere medische condities.
Inschrijven nieuwsbrief