Of laag-glycemische diëten de groei van tumoren hinderen, hangt af van de beschikbaarheid van specifieke vetzuren in het dieet en in de tumor. Dat vermoeden Amerikaanse onderzoekers op basis van proefdieronderzoek waarin ketogene voeding geen effect had en calorierestrictie wel.
‘Calorierestrictie berooft tumoren niet alleen van hun vetten, het hindert ook het proces dat hen in staat stelt zich daarop aan te passen. Die combinatie draagt echt bij aan het afremmen van de tumorgroei.’ Aan het woord is Evan Lien, eerste auteur van het artikel, vorige week in Nature, dat verslag doet van voedingsexperimenten in muizen met alvleesklierkanker en muizen met longkanker.
Van het onderzoek – uitgevoerd aan het Koch Institute for Integrative Cancer Research van het Massachusetts Instiute of Technology (MIT) met medewerking van wetenschappers van Harvard Dana-Farber Cancer Institute – is alleen de samenvatting vrij beschikbaar.
Daarin staat het belangrijkste te lezen. Dat dieetinterventies niveaus van metabolieten in het micromilieu van tumoren kunnen veranderen, wat vervolgens via de stofwisseling in kankercellen de tumorgroei kan veranderen. En dat vaak gedacht wordt dat ketogene voeding en calorierestrictie tumorgroei beperken door het verlagen van de beschikbaarheid van glucose en insuline in het bloed. Maar dat in dit onderzoek alleen calorierestrictie – voedselbeperking – dat effect had.
‘Keto’ geen effect
Dit resultaat toont aan dat er bij voeding en kanker meer mechanismen een rol spelen. Een ketogeen dieet kenmerkt zich tenslotte door het extreem lage aandeel koolhydraten in de voeding. Glucosepieken in het bloed zijn daardoor uitgesloten, evenals de noodzaak tot een hoge productie van insuline door de alvleesklier.
Het hormoon insuline is nodig om glucose op te slaan als glycogeen in spieren en lever, of als vet in de vetcellen. Binnen lichaamscellen heeft insuline een signaalfunctie in verschillende routes die te maken hebben met celgroei, -deling en apoptose (geprogrammeerde celdood). Routes die bij kankercellen vaak al overactief zijn.
Uit de experimenten van Evan Lien en zijn collega’s kwam nog een ander mechanisme tevoorschijn. Daarbij draait het om een enzym dat in de cel verzadigde vetzuren omzet in enkelvoudig onverzadigde vetzuren. In een vetarme omgeving zorgt de activiteit van dat enzym ervoor dat de cel toch de benodigde bouwstenen voor celmembranen kan produceren, en dus kan delen. Bij het ketogene dieet waren er voldoende vetten in de omgeving van de tumorcellen aanwezig en binnenin de cellen bleef de activiteit van het enzym op peil.
Calorierestrictie
Bij het laag-calorische dieet daalde de hoeveelheid vetzuren en lipiden in de omgeving van de tumor. De verhouding tussen enkelvoudig onverzadigde vetzuren en verzadigde vetzuren veranderde. Daarbij remde het dieet de activiteit van het ‘vetomzet-enzym’ binnenin de tumorcellen. Met als gevolg een onvermogen de verzadigde vetzuren om te zetten in de soort die nodig is om nieuwe celmembranen te vormen.
Overigens bevatte het caloriebeperkte dieet wel vetten. De reductie van veertig procent op het totaal werd bereikt door koolhydraten te schrappen. Het ‘ketodieet’ bevatte de normale hoeveelheid calorieën. Die bestond uit 90 procent vetten, 9 procent proteïnen en 1 procent koolhydraten. Om te testen in hoeverre de verhouding tussen enkelvoudig onverzadigd en verzadigd een rol speelde, wijzigden de onderzoekers de voeding van de caloriebeperkte muizen. Met gebruik van palmolie – dat voor de helft uit verzadigde en voor veertig procent uit enkelvoudig onverzadigde vetzuren bestaat – brachten ze de verhoudingen naar het niveau van de controlemuizen die normaal gevoerd werden.
Daarop verdween het remmende effect van de caloriebeperking op de groei van de alvleeskliertumoren nagenoeg. Maar het effect bij de longtumoren bleef gehandhaafd.
Niet voor patiënten?
Opmerkelijk aan het begeleidende nieuwsbericht op de website van het MIT zijn de herhaalde waarschuwingen aan het adres van patiënten. Hoewel de studie gunstige effecten van calorierestrictie in muizen laat zien, bevelen de onderzoekers het kankerpatiënten niet aan. Een dergelijk dieet is ‘moeilijk te houden en kan schadelijke bijwerkingen hebben’.
Het nut van de studie zit hem wat de onderzoekers betreft met name in de aanknopingspunten die het geeft om medicijnen te ontwikkelen die kunnen helpen de tumorgroei af te remmen. ‘Het doel van deze experimenten is niet noodzakelijkerwijs een dieet aan te bevelen, maar om de onderliggende biologie echt te begrijpen’, zegt Lien.
De studies ‘geven een idee van de mechanismen waardoor deze diëten werken. Dat kan leiden tot logische ideeën over hoe we dit soort situaties kunnen nabootsen in een kankertherapie’. Een indicatie dat de auteurs deze woorden serieus nemen, is het ontbreken van de Leidse vastenstudie, waar deze site en Uitzicht over berichtten [4].
Daarin bleken de tumoren bij de vastende patiënten met borstkanker duidelijk kleiner geworden dan bij de patiënten die alleen adjuvante chemotherapie voorafgaand aan hun operatie kregen. Bij een patiënt bleek de tumor zelfs helemaal verdwenen.
Opinie Valter Longo
Het effect van calorierestrictie op alvleesklier- en longkanker, schrijven Salvadori en Longo, ‘onderstreept de noodzaak om te focussen op zowel therapieën tegen specifieke kankers, als op breed werkende dieetinterventies die in samenhang consistente anti-tumorwerking hebben.’
Vasten-expert Valter Longo was een van de peer reviewers van het artikel van Lien en collega’s. In hetzelfde nummer van Nature schrijft, samen met Giulia Salvadori, een opiniestuk. Dat refereert wel aan de Leidse studie. Salvadori en Longo verschillen van mening over de praktische implicaties.
‘Metterdaad zijn langdurige calorierestrictie, of de strengere varianten van nabootsend vasten (periodieke cycli waarin je met een dieet de metabole veranderingen nabootst van echt vasten) effectief tegen een scala van kankers. Omdat ze allebei factoren beperken als glucose en de eiwitten insuline, IGF-1, leptine en ferritine. Bovendien veranderen (calorierestrictie en nabootsend vasten) de beschikbaarheid van aminozuren en vetten.’
Vasten en sporten bij kanker
‘Er duikt steeds meer bewijs op dat een beschermend effect van vasten suggereert op gezonde cellen, tijdens chemotherapie’, stellen wetenschappers van het eerder genoemde kankerinstituut van Harvard en twee andere Amerikaanse universiteiten deze maand in Nutrients. ‘Sport wordt aanbevolen om bijwerkingen af te zwakken die kanker en de behandelingen hebben op het lichaam, de kwaliteit van leven en het fysieke functies.’
‘Gegeven hun afzonderlijke voordelen zou een combinatie van vasten en sporten synergetische effecten kunnen veroorzaken en de uitkomsten bij kanker verder verbeteren.’ De auteurs kunnen het zich goed voorstellen, maar vinden in de beschikbare literatuur onvoldoende aanknopingspunten om groen licht te geven voor wat betreft veiligheid en werkzaamheid. ‘Veel kankerpatiënten ervaren bijwerkingen bij welke van vele is aangetoond dat ze hanteerbaar worden, verbeteren of voorkomen kunnen worden met interventies in de energiebalans.’ De auteurs stellen de combinatie van sport en vasten voor als een ‘potentieel haalbare strategie’ die patiënten van nut zou kunnen zijn. Een strategie die de ‘cardiometabole gezondheid zou kunnen verbeteren, de lichaamscompositie, patiënt-gerapporteerde en ziekte-gerelateerde uitkomsten.’
“Resolution no. 1: Time to lose weight!” by kizette is licensed under CC BY-NC-ND 2.0
MMV maakt wekelijks een selectie uit het nieuws over voeding en leefstijl in relatie tot kanker en andere medische condities.
Inschrijven nieuwsbrief