Er is geen verband tussen de mate van fysieke activiteit en het individuele risico op ontwikkeling van osteoartritis in de knieën. Dat concluderen Britse onderzoekers in vakblad Arthritis & Rheumatology. Goed om te weten, zeggen ze, voor wie overweegt meer te gaan bewegen voor een betere gezondheid.
Osteoartritis is in Nederland beter bekend als artrose. Kenmerkend voor deze aandoening is een afnemende hoeveelheid kraakbeen in de gewrichten. In samenwerking met gewrichtsvloeistof maakt kraakbeen soepele bewegingen mogelijk tussen de botten en dempt de schokbelasting. Zonder deze bescherming begint het letterlijk te schuren en wordt bewegen pijnlijk.
In een beginnend stadium wordt de ziekte op röntgenbeelden zichtbaar door een te nauwe ruimte tussen de botten. Uitwendig kunnen zwellingen opvallen als gevolg van ontsteking en vochtophoping. In een gevorderd stadium kunnen gewrichten blokkeren door vergroeiing van het bot. Vanzelfsprekend gaat dat gepaard met zeer veel pijn.
In zeldzame gevallen ontstaat artrose op jonge leeftijd. De kans op artrose neemt toe met de leeftijd. Risicofactoren zijn overgewicht, trauma, chronische overbelasting, ontstekingen en ook onderbelasting. Als het beschikbare kraakbeen te weinig onder druk komt, wordt het dunner. Zoals ook ongebruikte spieren dunner worden.
Nederland telt ongeveer anderhalf mensen met artrose. Bij vrouwen komt het meer voor dan bij mannen en veruit de meeste gevallen hoort artrose bij veroudering. Toch neemt het vóórkomen ervan toe onder het jongere deel van de bevolking. In de leeftijdsgroep van 25 tot 55 jaar werd de aandoening jaarlijks vastgesteld bij 42 per duizend inwoners. In 2018 lag het jaarlijkse aantal diagnoses in deze groep op tot afgerond 65 per duizend inwoners.
Tot 2040 zal het aantal mensen met artrose naar verwachting toenemen tot ruim twee miljoen. Het gewricht dat het vaakst betroffen is: de knie.
Verslijten is niet het juiste woord
In de volksmond, maar ook in officiële bronnen en door huisartsen, wordt artrose ook ‘gewrichtsslijtage’ genoemd. Dit suggereert dat gewrichten kunnen slijten door gebruik. Net als schoenzolen. Die term zet op het verkeerde been. Want kraakbeen is levend weefsel dat onder normale omstandigheden door de groei van nieuwe cellen op peil blijft. En hoewel overbelasting als risicofactor genoemd wordt, geldt beweging in combinatie met gewichtsverlies als heilzaam bij knie-artrose.
Desondanks was het niet uitgesloten dat sportieve activiteit de kans op het ontstaan van knie-artrose kan vergroten. Wetenschappers van de universiteit van Southampton en Oxford maakten aan die onzekerheid een einde. Ze baseren zich daarbij op zes cohortstudies uit verschillende landen. Van de vijfduizend deelnemers die bij aanvang van deze studies nog geen knieklachten hadden, berekenden de onderzoekers hoe sportief actief ze waren.
De recreatieve fysieke activiteit – waaronder sport, wandelen en fietsen – werd opgeteld in METS (metabole equivalenten van taken) per week. Na een opvolgperiode van vijf tot twaalf jaar was er geen verschil te zien in risico op artrose, al dan niet met pijn, tussen de meest en minst actieve deelnemers. Ook niet als de activiteiten werden gedefinieerd in uren activiteit per week.
‘Te weten dat de hoeveelheid fysieke activiteit en de tijd die er aan besteed wordt, geen verband houdt met de ontwikkeling van knie-artrose’, geeft Thomas Perry ter overweging, ‘is belangrijk bewijs voor zowel artsen als het publiek. Dat zou een rol mogen spelen als ze er over denken fysieke activiteit voor te schrijven met het oog op de gezondheid.’
In een volgend onderzoek willen de auteurs kijken naar de rol van blessures en specifieke beweegvormen. Het onderzoek is alleen als samenvatting beschikbaar.
Lees ook: Erasmus en Amsterdam UMC onderzoeken doen allebei onderzoek naar voeding en leefstijl bij reuma.
“Nordic Walking grannies” by api is licensed under CC BY-NC 2.0
MMV maakt wekelijks een selectie uit het nieuws over voeding en leefstijl in relatie tot kanker en andere medische condities.
Inschrijven nieuwsbrief