
Een Britse arts onderwierp zichzelf voor de BBC aan een bezienswaardig experiment. Vier weken lang at hij naar behoefte ultra-bewerkt voedsel. Het resultaat verklaart het succes van een Amerikaanse pilotstudie waarin de deelnemers precies het omgekeerde deden. Zij aten de helft minder ultra-bewerkt, verloren daardoor kilo’s, kregen meer energie en een betere stemming.
Bewerkingen maken voedsel lekkerder en gemakkelijker te behappen. Koken, stomen, bakken, frituren en roosteren: deze bewerkingen toveren rauwe ingrediënten om in de heerlijkste gerechten. Noten zijn een sterk voorbeeld. Rauwe noten kunnen best lekker zijn, maar tien minuten lichtjes roosteren geeft ze een verbazingwekkende dooreetfactor.
Voedingsproducten uit Groep 4 van de NOVA-classificatie ondergingen de overtreffende trap van bewerking. Het gaat volgens de definitie om ‘samengestelde producten van vaak 5 of meer ingrediënten’, waarbij het originele voedingsmiddel uit Groep 1 ‘niet meer of nog slechts in beperkte mate aanwezig is’. Aangevuld met ingrediënten die in de normale keuken geen plaats hebben. ‘Waaronder extracties uit producten zoals gehydrolyseerde eiwittten, caseïne, wei, lactose, maltodextrine, invertsuiker en gluten’.
Daarnaast bevatten ultra-bewerkte producten toevoegingen om ‘smaken te imiteren en ongewenste sensorische eigenschappen te maskeren’: de kleur- geur- en smaakstoffen. Smaakversterkers, zoetstoffen, vulstoffen (anti)schuimmiddelen, emulgatoren, glansmiddelen en drijfgassen. Van het krokante korstje tot de smeuïge vulling: alle kenmerken van dit soort voeding zijn het product van een uitgekiende voedingschemie. Het effect ervan op de hersenen is dusdanig dat een internationaal panel van experts in 2023 een wetenschappelijk onderbouwd pleidooi hield om deze producten als verslavende middelen te bestempelen; vergelijkbaar met alcohol en tabak.
Halvering
Gezien het grote (60 procent) aandeel UPF’s (ultra-processed foods) in het gemiddelde Amerikaanse dieet, bedachten onderzoekers van de Drexel University in Philadelphia, VS, een methode om juist dat aan te pakken. Hun gedragsinterventie richt zich speciaal op het terugdringen van de ultra-bewerkte voedselconsumptie. Het programma voorziet onder meer in maaltijdcoaching en groepsessies rondom de eigenschappen van UPF’s, hun schadelijke effecten en de omgang met gevoelens van hunkering die ontwenning met zich mee kan brengen.
Ze testten hun ideeën in een pilotstudie, waarin veertien deelnemers met overgewicht of obesitas bovendien financiële steun ontvingen om groenten en fruit te kopen. Na twee maanden was er op groepsniveau een halvering van de UPF-consumptie bereikt, rapporteren de onderzoekers in Obesity Science and Practice. Die halvering betekende een dagelijkse minus van duizend calorieën, waarvan er 400 werden gecompenseerd uit alternatief voedsel. De zoutconsumptie nam 37 procent af en hoeveelheid verorberde suiker met vijftig procent. Gemiddeld leverde dit een gewichtsafname van 3,5 kilo op. Opmerkelijk was dat er geen veranderingen waren in de hoeveelheid groenten en fruit die de deelnemers tot zich namen.
Behalve gewichtsverlies rapporteerden de deelnemers fysieke en mentale verbeteringen van hun toestand, schrijven de onderzoekers. ‘Zoals een betere huid en afgenomen zwelling van hun ledematen. Ze meldden ook een verbeterde stemming en energie, hetgeen consistent is literatuur die demonstreert dat de inname van ultra-bewerkt voedsel geassocieerd is met een slechte mentale gezondheid.’
Ultra-bewerkt eten verandert hersenpatronen
Voor de BBC onderwierp dokter Chris van Tulleken zich aan een eetexperiment. Gedurende dertig dagen zou de in Groot Brittannië bekende tv-dokter zijn ‘relatief gezonde dieet’ met slechts twintig procent ultra-bewerkte voeding, omgooien naar tachtig procent sterk-bewerkt voedsel. Volgens Tulleken een eetpatroon waar een op vijf de Britten onder gebukt gaat.
In een montage van negen minuten vliegen de dagen voorbij. Het aanvankelijke enthousiasme over de krokante kippenvleugeltjes, magnetronlasagna’s en met zoetigheid overtrokken gepofte ‘ontbijtgranen’ (‘Een fantastisch stukje voedseltechnologie!’) ontaard binnen een week in een verstoorde hongerregulatie. De afspraak die Tulleken met zichzelf maakte, was dat hij zou eten zodra hij honger kreeg. ‘Wat ik altijd doe en in principe neerkomt op drie maaltijden per dag en een incidentele snack. Maar nu merk ik dat ik veel vaker naar voedsel hunker.’
Op dag tien ervaart Tulleken voor het eerst problemen met zijn ontlasting. Op dag 14 klaagt hij over het katerige gevoel waarmee hij tegenwoordig ontwaakt en de ontlasting die 48 uur op zich laat wachten. Dag 23: ‘Ik neem nu een pudding, op smaak gebracht met heerlijke potassium sorbate.’ ‘Ik vind het niet lekker, maar ik kan niet stoppen.’ Op dag 25 wordt hij ’s nachts met hoofdpijn wakker: ‘Ik heb zin om meer voedsel te eten.’
Met een obesitasdeskundige maakt Tulleken na afloop de balans op. De voor- en na-foto’s laten een opgezwollen buik zien en een duidelijke vetopslag rond de borst. Een maand naar behoefte ultra-bewerkt voedsel eten, leverde Tulleken 6,5 kilo extra lichaamsgewicht op. Waarvan drie kilo vet. Vergeleken met het begin van het eetexperiment was de hoeveelheid hongerhormonen in het bloed met dertig procent gestegen, bij een afname van hormonen die juist een verzadigd gevoel overbrengen.
Ook in hersenen had het dieet sporen nagelaten. De hersenscan wees nieuwe communicatiepatronen uit. Met name rond wisselwerking tussen het beloningscentrum en de gebieden in het brein die te maken hebben met herhalend geautomatiseerd gedrag. ‘Schokkend genoeg is dit iets wat je te zien zou krijgen in een persoon met een verslaving.’
Foto boven: Jesse Micheal Nix ‘Onze voedselvoorraad’
MMV maakt wekelijks een selectie uit het nieuws over voeding en leefstijl in relatie tot kanker en andere medische condities.
Inschrijven nieuwsbrief