De fabrikanten van medicijnen hebben met de onderzoeksgegevens van antidepressiva gerommeld. Ongunstige uitkomsten verdwenen geruisloos in de la. De patiënt is de dupe.
Dat bericht dagblad Trouw op basis van een interview met Dick Bijl, hoofdredacteur van het Geneesmiddelenbulletin. Bijl doet daarin forse uitspraken naar aanleiding van het nieuwe boek van de Deense hoogleraar geneeskunde Peter Gøtzsche. Daarin haalt Gøtzsche ongenadig uit naar de fabrikanten van medicijnen die in de psychiatrie op grote schaal worden voorgeschreven terwijl hun werkzaamheid op zijn best twijfelachtig is. Bijl schreef een voorwoord in dit boek.
Vorig jaar baarde Gøtzsche ook al opzien, toen met een boek over de farmaceutische fabrikanten in het algemeen. Ze gaan volgens hem over lijken. Zijn boek kreeg de veelzeggende titel “Dodelijke medicijnen en georganiseerde misdaad” mee.
In de la
Zo’n vijftien jaar geleden sloeg de twijfel toe rond het gebruik van antidepressiva. Resultaten van klinisch onderzoek bleken selectief gepubliceerd te worden; onderzoeken waarin geen effect was gemeten, verdwenen geruisloos in de la. Verder kwam aan het licht dat fabrikanten fraudeerden met onderzoeksdata terwijl ze informatie over ernstige bijwerkingen achterhielden.
Inmiddels is duidelijk dat antidepressiva niet werken bij kinderen en adolescenten, maar wel oorzaak zijn van zelfmoordneigingen. Bijl: “Als je naar de gepubliceerde studies over die middelen keek, was dat risico niet zichtbaar. Maar haalde je er de niet-gepubliceerde studies bij, dan kwam het suïcide-risico wél aan het licht.”
Hoogleraar Gøtzsche vraagt nu de klinische data op die farmaceuten moeten inleveren om een medicijn goedgekeurd te krijgen, maar die niet allemaal gepubliceerd hoeven worden. Met collega-onderzoekers analyseert hij die ruwe data op het werkzame effect dat de fabrikant claimt.
Ernstige bijwerkingen
Wat voor antidepressiva geldt, geldt volgens Gøtzsche ook voor andere psychofarmaca. En dat terwijl al deze middelen op grote schaal worden ‘geconsumeerd’. Meer dan een miljoen Nederlanders slikken pillen tegen depressies, psychoses, angsten en hyperactiviteit. Bijna allemaal hadden ze dat beter kunnen laten, vindt epidemioloog Dick Bijl. De betreffende medicijnen werken doorgaans niet maar ze hebben wel ernstige bijwerkingen. Bovendien zijn veel van die middelen verslavend. De gebruikers kunnen er vaak niet meer van afkomen zonder ernstige ontwenningsverschijnselen.
Oprekken
Een ander kwalijk verschijnsel is dat een begrip als depressie is opgerekt. Het oorspronkelijke ziektebeeld was iemand die zwaar gebukt ging onder het leven, die in de loop van de ochtend met grote moeite uit zijn bed kwam, zich nergens toe kon zetten en zich pas in de loop van de dag iets voelde opknappen.
Bijl: “Maar nu is het zo dat iemand al wordt aangemerkt als depressief als hij twee weken last heeft van somberte of stemmingswisselingen, en minder is gaan eten of juist meer, en nog wat van die vrijwel alledaagse verschijnselen.”
Dat oprekken gebeurt volgens hem vooral onder druk van “de farmaceuten”, die daarmee hun afzetmarkt vergroten.
Placebo-effect
Psychiaters verdedigen het voorschrijven van antidepressiva met een beroep op het placebo-effect. Als de middelen niets uithalen, kunnen ze toch helpen als de patiënt zich dat inbeeldt. Een redenering die wat Bijl betreft ondeugdelijk is. Daarvoor hebben deze middelen te ernstige bijwerkingen.
Bijl zegt het met Gøtzsche eens te zijn dat 98 procent van de voorgeschreven psychofarmaca beter in de fabriek hadden kunnen blijven. Neem antipsychotica, die door meer dan 300.000 Nederlanders worden geslikt. Die hebben ernstige bijwerkingen, van gewichtstoename en suikerziekte tot dodelijke hartritmestoornissen.
Ontwenningsverschijnselen
Bijl: “Dat mensen een slaapmiddel of een angstremmer krijgen, doorgaans benzodiazepines, is op zich prima, want ze worden er rustiger van. Maar volgens de richtlijnen zou je die middelen maar voor enkele weken mogen voorschrijven. Ze worden nu geslikt door meer dan een half miljoen Nederlanders. Niet omdat die baat hebben bij die medicijnen, maar omdat ze niet met slikken kunnen stoppen. Ze komen er niet meer van af; als ze ineens stoppen, is de kans groot dat ze ernstige ontwenningsverschijnselen krijgen. Die zijn dezelfde als de klachten waarmee de patiënt ooit naar de dokter ging.”
Bijl heeft al eens geprobeerd over de kwestie van de psychofarnaca een debat te organiseren. “Het bestuur van de Nederlandse Vereniging van Psychiatrie vroegen we te komen spreken. Dat heeft men geweigerd.”
Beeld: quora.com
Nog geen lid van MMV? WIE NU LID WORDT, KRIJGT €9,95 KORTING OP HET MMV-KOOKBOEK SNEL & GEZOND. Ook ontvangt u als lid 10 keer per jaar ons magazine Uitzicht. Het lidmaatschap is slechts 35 euro. Meld u hier aan! Het kookboek bestellen kan hier.
MMV maakt wekelijks een selectie uit het nieuws over voeding en leefstijl in relatie tot kanker en andere medische condities.
Inschrijven nieuwsbrief