Klinisch onderzoek onder 294 Zweden met prikkelbare darm syndroom (PDS) toonde dat een verandering van dieet vaker verlichting bracht een gepersonaliseerde behandeling met medicijnen en leefstijlinformatie. ‘Dieetinterventies zijn te overwegen als een eerste behandeling voor patiënten met PDS’ concluderen zij in The Lancet Gastroenterology & Hepatology.
Naar schatting van de Maag Lever Darm Stichting heeft tien procent van de bevolking het prikkelbare darm syndroom. De chronische darmaandoening staat ook bekend als spastische darm. De symptomen: buikkramp, buikpijn, een opgeblazen buik en winderigheid. Een en ander gaat gepaard met diarree en/of obstipatie.
Als deze klachten meer dan zes maanden aanhouden en andere mogelijk oorzaken zijn uitgesloten dan volgt de diagnose PDS. Onderzoekers van de Universiteit van Gothenburg beoordeelden van ruim duizend mensen met PSD de ernst van de klachten. Dat deden ze aan de hand van het Rome IV; IBS Severity Scoring Systeem, een gestandaardiseerd puntensysteem. Mensen met een score van 175 punten of meer – gemiddelde tot ernstige klachten – mochten aan de studie deelnemen. Van de 294 deelnemers was 82 procent vrouw.
FODMAP, laag-koolhydraat of medicijnen
Verdeeld over drie gelijkwaardige groepen gingen de deelnemers vier weken met hun voeding aan de slag of ze kregen een ‘geoptimaliseerde medische behandeling’. In dat laatste geval kregen ze medicijnen voor specifieke symptomen. Dat konden antidepressiva, pijnstillers, laxeermiddelen, middelen tegen diarree of een combinatie van middelen zijn. (Zie NHG-standaard Prikkelbare darm syndroom)
De twee dieetgroepen volgden ofwel een laag-FODMAP dieet of een voedingswijze met relatief veel vetten en eiwitten en weinig koolhydraten. FODMAP is een afkorting die staat voor fermenteerbare oligosachariden, dissachariden, monosacchariden en polyolen. Daarbij gaat het om al dan niet complexe koolhydraten. Zoals fructanen uit tarweproducten en groenten, galactanen uit peulvruchten, lactose en fructose. Polyolen zijn natuurlijke suikervervangers zoals sorbitol en xylitol.
Hoe het laag-koolhydraatdieet er uit zag valt uit de samenvatting in The Lancet Gastroenterology & Hepatology niet op te maken. Aangenomen mag worden dat hier met name de voedingswaren met een hoge glycemische lading aan banden gelegd werden. Zoals aardappelen, pasta, rijst, brood, koek, ijs en andere producten met veel vrije suikers. Dus niet zozeer de groenten en fruit met de complexe – fermenteerbare – koolhydraten.
Weinig verschil in effectiviteit tussen laag- FODMAP en laag-koolhydraat
Na vier weken scoorden de onderzoekers de symptomen opnieuw. Zij beschouwden de interventie als geslaagd bij een afname van de klachten met vijftig punten of meer. Dat was het geval bij 76 procent van de FODMAP’ers en bij 71 procent van de deelnemers die het laag-koolhydraatdieet volgden. In de medicijngroep waren de symptomen bij 58 procent merkbaar verbeterd. In deze groep waren wel meer uitvallers; vijf van de zeven gaven bijwerkingen als reden op.
Hoewel (uiteraard) meer onderzoek gewenst is naar voor wie welke voedingsinterventie het meest kansrijk is, geeft Zweedse studie voldoende aanleiding om bij darmproblemen eerst een gezond suikerarm voedingspatroon een kans te geven. Een laag-FODMAP-dieet heeft namelijk enkele nadelen. Het is intensief omdat het een eliminatiedieet is; na een periode van vier tot zes weken moeten FODMAPs die mogelijk problemen geven, een voor een aan het dieet worden toegevoegd. Daar komt bij dat veel FODMAPs, zie deze lijst, juist in gezond voedsel zitten.
Beeld Wikipedia
MMV maakt wekelijks een selectie uit het nieuws over voeding en leefstijl in relatie tot kanker en andere medische condities.
Inschrijven nieuwsbrief